donderdag 14 augustus 2008

Column Volleybal Life, deel 11, oktober 2007

Zomaar ergens in Nederland, in een regio, in een rayon, speelt een Heren 2. ’t Zou het tweede van jouw vereniging kunnen zijn. VolleybalLIFE volgt de gebeurtenissen van dit ‘team next door’.

Het Wel & Wee Van Heren 2

“Wiep!... Eh… Paul!... Nee, eh, jij!” Deze wanhopige kreten galmen momenteel over het veld als de spelverdeler een bal naar een van z’n teamleden wil sturen. Paniek! Teamleden die elkaar nauwelijks kennen! Dat komt ervan als je de twee herenteams van de vereniging – ja, hadden we er maar meer; één troost: we hebben zes damesteams – door de Technische Commissie door elkaar laat husselen. De TC heeft gewikt en gewogen en omgegooid (het roer). Gezelligheid is passé, presteren is het nieuwe adagio! Keihard en rücksichtslos gaan we voor resultaat! Doel van de TC: van de twee goede teams twee betere teams maken. (Als dát de TC écht lukt, dan gaan ze binnenlopen! Zo van: Feijenoord en Ajax, geef ons jullie spelersarsenaal maar, wij husselen dat de laatste dag voor de transferperiode nog ff door elkaar, en jullie zijn klaar om AZ en PSV te verslaan, laat staan Madrid en Liverpool. Daar moeten toch ettelijke miljoentjes in te verdienen zijn…). Hoe hebben zij van de TC dat geflikt? Toevallig weet ik dat…
Ten eerste: saneren. Men neme de ouwelullen uit heren 1, infiltrere een TC-lid daarin en die praat hen aan dat de tijd gekomen is om ruimte te maken voor de jonkies. Aldus geschiedde: twee oudere en drie jongere ouderen lieten zich vrijwillig overzetten naar het tweede team. Dat overigens, naar later bleek, in dezelfde klasse ging spelen, maar dat saillante detail terzijde.
Ten tweede: inventariseren en promoveren. Wie uit het tweede waren geschikt voor de grote stap? De veelbelovende belofte, de wilde wildebras, de berekenende rekenaar en de juichende - we-juichen-niet - juicher. De TC zette de deur naar succes wagenwijd open voor dit tot op het bot gemotiveerd viertal. Ik bleef overigens maar in Heren 2, omdat 1 niet rijmt op Wee.
Ten derde: geluk hebben. Aan het eind van het vorige en in de eerste weken van dit seizoen, meldden zich vijf nieuwe leden aan. VIJF! Jarenlang gekoesterde clubdromen gingen in vervulling. Ze bleken alle vijf ooit al (goed) gevolleybald te hebben. Voordeel: ze sloten naadloos aan bij – de bovenkant van – ons niveau, dus het verwezenlijken van doelstellingen is slechts een kwestie van in het veld gaan staan en het gebeurt. Nadeel: allemaal niet de jongste meer, dus broze knieën, kwetsbare ruggen en wankele schouders.
Ten vierde: puzzelen. Want wie gaat zich nou nog vanuit dat omvangrijke Heren 2 vastspelen bij de zes van Heren 1? De onderlinge competitie binnen het tweede wordt op het scherpst van de snede gespeeld, de concurrentie is moordend. Bijbaantjes als aanvoerderpikkie, ballenmaloot en bidonbuddy worden elkaar toegeschoven, om zelf maar zoveel mogelijk op het spel gericht te kunnen zijn. De kont van de trainer – ook TC – is lang niet zo schoon geweest!
Ten vijfde: barbecueën. Want wat er ook gebeurt, ge-bbq’ed gaat er worden, die traditie blijft voortbestaan. En dan worden de nu schots en scheef geslagen neuzen wel weer in dezelfde richting gebogen; die van de ranzig vette en daarom o zo overheerlijke barbecuesauzen.

Jeroen (ook lid TC)

Geen opmerkingen: